Doorgaan naar hoofdcontent

Portfolio’s in het HB onderwijs

Zolang als ik werkzaam ben ik het onderwijs, heb ik gewerkt met portfolio’s en zelfreflectie van leerlingen.
Ik zal niet de eerste leerkracht zijn die zich hierin verdiept heeft en zeker ook niet de laatste. Ik ben ook niet de eerste leerkracht die op het gebied van werken met portfolio’s tegen dingen aangelopen is. Hoe zorg je er nou voor dat je met een portfolio de leerlingen inzicht geeft in hun eigen kennis, kunde en inzicht? Dat is best een flinke kluif.

Hoewel ik nog altijd zoekende ben naar meer, beter, anders, denk ik dat ik al wel zoveel moois heb bereikt met het werken met portfolio’s, dat ik dat graag met jullie wil delen. 

Zelf gebruik ik de portfolio’s nu alleen nog voor de thematische lessen die ik geef. Elke tien weken werken we met de klas aan een thema, waarvoor ik zelf lessen ontwerp en leerdoelen opstel.
Om leerlingen eigenaar van hun eigen leerproces te maken, probeer ik voor de kinderen altijd opdrachten te verzinnen waarmee ze die ontwikkeling zichtbaar kunnen maken voor zichzelf.

Zo zette ooit de groeiende mindmap mij aan het denken. Mooi idee….je start aan het begin van een thema met een mindmap van alles wat de kinderen al weten (een kennisoogst) en laat de mindmap gedurende het thema groeien met alle kennis die in die weken wordt opgedaan.
Als je dit echter wilt gebruiken om kinderen inzicht in hun eigen leerproces te geven, ontbrak er naar mijn mening iets. Dit was dan wel een groeiproces van de gehele klas, maar hoe kan iedereen individueel kind zijn eigen proces hieruit afleiden?
En toen ontstond bij mij het idee om de mindmap te combineren met een andere opdracht…

Mindmap voor en tijdens het onderzoek.
Voorafgaand aan een bepaald onderwerp heb ik de kinderen een mindmap laten maken van hun voorkennis. Wat weet je al of wat denk je te weten? Met blauw schreven de kinderen in de mindmap wat ze zeker dachten te weten over dit onderwerp en met groen wat ze wel dachten te weten, maar niet zeker wisten.
Vervolgens kregen ze de opdracht om onderzoek te doen naar het onderwerp en gedurende dit onderwerp een nieuwe mindmap te maken. Daarmee maak je voor kinderen inzichtelijk hoe hun kennis groeit wanneer ze onderzoek doen naar een onderwerp en zich erin verdiepen.
De persoonlijke mindmap kun je uiteraard prima combineren met de klassikale, groeiende mindmap. Eerst zelf de voorkennis laten activeren, dan bespreken met de hele klas wat iedereen al weet en dit invullen op de mindmap. Hetzelfde doe je na de onderzoeksopdracht. 


Kennis, vaardigheid, inzicht en eigen reflectie
Het opdoen van kennis is heel belangrijk. Vooral HB’ers smullen van een grote hoeveelheid aan kennis. Maar aan alleen kennis heb je niet altijd iets. Kennis krijgt pas betekenis en waarde wanneer je het ook in kan zetten. Wanneer je vaardigheden ontwikkelt om die kennis toe te passen. 

Na een periode waarin we intensief gewerkt hebben aan een thema, neem ik altijd een toets af. Hiermee wil ik testen hoeveel kennis de kinderen hebben opgedaan. Daarnaast geef ik ze een onderzoeksopdracht waarmee ze laten zien dat ze vaardig zijn in het opzoeken van informatie en het vertalen naar antwoorden op hogere orde denkvragen.
Ook doe ik een beroep op hun inzicht tijdens deze toets. Ik stel bijvoorbeeld een vraag over een filosofisch onderwerp en vraag ze hierover hun mening te geven en deze met duidelijke argumenten te onderbouwen.

Tenslotte is er dan nog de eigen reflectie. Ik laat kinderen vaak reflecteren op een tweetal doelen waaraan gewerkt is tijdens het thema. Daarbij omschrijf ik wat ze zouden moeten kunnen wanneer de het doel een beetje beheersen, wanneer het al wat beter beheersen en wanneer ze het doel al goed beheersen. Daaronder staan 5 baboeshka poppetjes, van klein (ik kan het een beetje) naar groot (ik kan het goed). Met deze poppetjes kunnen ze aangeven waar ze denken dat ze staan op dit moment in hun ontwikkeling ten aanzien van het gestelde doel. Daarna volgt dan nog de vraag wat ze nog nodig denken te hebben om de volgende keer een groter poppetje te “scoren”. 




Deze reflectie gebruik ik vervolgens om met de kinderen in gesprek te gaan om te kijken of ze een realistisch beeld hebben van hun eigen ontwikkeling en of ze duidelijke en haalbare doelen kunnen stellen voor zichzelf.

Het is geweldig om te zien hoe snel kinderen leren om op zichzelf te reflecteren en op basis daarvan doelen leren stellen die ze verder helpen in hun ontwikkeling.
Dan spreek je over eigenaarschap van het eigen leerproces!

Reacties

Populaire posts van deze blog

Executieve functies - Route 1: Reactie-inhibitie

Route 1: Reactie  inhibitie  “Je rempedaal - Op tijd remmen is in het verkeer heel belangrijk. Zo sta je op tijd stil en voorkom je ongelukken. Wanneer je deelneemt aan het verkeer, zal je goed moeten weten wanneer je wordt geacht op de rem te trappen.” (van Dasler, 2017) Veel HB kinderen hebben een hoofd vol ideeën en slaan als een malle aan het associëren wanneer er iets gezegd wordt of wanneer ze iets zien. De focus op hun werk houden is dan lastig, jezelf inhouden om meteen eruit te floepen wat je vindt en voelt is soms zelf onmogelijk! Dat idee vliegt als vanzelf je hoofd uit, het antwoord is al door de klas gevlogen nog voor de anderen de kans kregen hun vinger op te steken en die vraag op het puntje van je tong val er zomaar vanaf, ook al heeft de juf gezegd dat je eerst goed moet luisteren. Het vergt van een kind dat het snel leert reageren, maar wel eerst keurt of het echt het juiste moment is om te reageren. In sneltreinvaart worden STOP, DENK, KIES, DOE en K...

Executieve functies – Route 11: Inleiding

Waar we in het (HB) onderwijs steeds meer achter komen, is het belang van goed ontwikkelde executieve functies; de vaardigheden die je nodig hebt om tot leren te komen. Hier werd in het verleden vaak te weinig aandacht aan besteed en dat leidde bij veel leerlingen tot problemen, niet alleen op school maar ook in hun dagelijks leven.   Bij ons op de afdeling voor voltijds HB onderwijs maken we inmiddels gebruik van de methode Route 11, ontwikkeld door Hanneke van Dasler, in samenwerking met Evelijn Pereira. In deze methode worden de verschillende executieve functies systematisch aangeboden, waardoor kinderen hun gedrag zelf leren te reguleren. Ze krijgen meer inzicht in hun eigen kunnen en hun eigen aandeel in het hebben van succeservaringen. Uit de inleiding van de Route 11 wegwijzer voor leerkrachten: “Kinderen ervaren daardoor meer autonomie, een hoger competentiegevoel en meer zelfcontrole over hun leerproces en –product, wat een voorwaarde is om tot talentontwikkeling te...

Executieve functies – Route 4: Volgehouden aandacht

Route 4: Volgehouden aandacht “Jouw gaspedaal – Om goed vooruit te komen, is het van belang dat je op het juiste moment gas geeft en op het juiste moment het gas kan loslaten. Dit betekent dat je altijd goed geconcentreerd moet zijn en dat valt nog niet mee!” (van Dasler, 2017) Volgehouden aandacht is het vermogen om ondanks afleiding, vermoeidheid of verveling je te kunnen blijven richten op een taak. Hoe gemakkelijk is het om even af te dwalen, even voor je uit te staren en je mee te laten varen op die oneindige stroom aan gedachten naar mooie oorden, vette games en andere fijne plekken in de geest. In de methode Route 11 wordt de hoeveelheid aandacht die je hebt vergeleken met een benzinetank. In onze “tank” zit voor maar ongeveer 45 minuten brandstof. Om je klas dus bij de les te houden, is het verstandig elke drie kwartier even een oefening te doen met de klas, ze een frisse neus te laten halen of een andere korte activiteit in te zetten. Op bepaalde Finse scholen gaan ...