Doorgaan naar hoofdcontent

Executieve functies – Route 5: Flexibiliteit

“Schakelen! – Iedere bestuurder heeft weleens te maken met lastige, nieuwe situaties, waarin hij plotseling moet schakelen. Een auto kan in de slip raken bij slecht weer. Of de parkeergarage waar je hebt geparkeerd blijkt al gesloten als je naar huis wilt, of er is simpelweg een wegomleiding waardoor je lastig op de plaats van bestemming komt. In alle gevallen is het van belang dat je kalm blijft, niet blokkeert en rustig probeert na te denken wat voor jou de beste oplossing voor de situatie is.” (van Dasler, 2017)

Flexibiliteit is de vaardigheid om plannen te herzien als zich belemmeringen of tegenslagen voordoen, zich nieuwe informatie aandient of er fouten gemaakt worden (uit: Slim maar… | Dawson & Guare).
In Route 11 wordt dit vergeleken met de schakelpook. Hoe goed kan je schakelen wanneer je je plan van aanpak aan moet passen?

Wanneer dit iets is waar een kind moeite mee heeft, helpt het om inzichtelijk te maken waar het kind zelf invloed op heeft. Hoe kan het een vervelende situatie om zetten in een voordeel voor zichzelf?
Focussen op oplossingsgericht denken. Wat ging er al goed? Als je dit van tevoren had geweten, hoe had je het dan aangepakt?

Ervaringen uit de praktijk
Leerlingen leren om oplossingsgericht te denken is niet altijd even gemakkelijk. Sommige leerlingen blijven hangen in “ja-maar” of “het lukt toch niet”. Dit zijn processen waar je de tijd voor moet nemen. In sommige gevallen met één op één gesprekken, maar ook als klas kun je hier op inzetten.

In de meeste gevallen bereid ik mijn leerlingen goed voor op hoe de dag en soms de hele week zal verlopen. We bespreken de dag, de taken en lessen die we gaan doen. We weten wanneer we een toets krijgen, wanneer we een feestje houden of iets anders.
Als ik een keer vergeet een dagritme kaartje op het bord te hangen, kan ik er de donder op zeggen dat ik 22 keer de vraag ga krijgen wat we op dat moment gaan doen.

Veel van mijn leerlingen zijn erg rigide en houden graag vast aan hun eigen ideeën en denkbeelden, vooral als deze over hun zelfbeeld gaan. Zo had ik een leerling die ervan overtuigd was dat ze heel veel dingen niet kon. Ze kon niet zelf bepalen of ze een opdracht goed had uitgevoerd en kwam dat telkens aan mij vragen. Ze was ervan overtuigd dat zij niet in staat was een voorstelling bij te wonen zonder daar helemaal overprikkeld van te raken. Ze was er ook van overtuigd dat het haar nooit zou lukken haar vak netjes opgeruimd te houden en zo haar spulletjes terug te kunnen vinden die ze nodig had tijdens het werken. Vele huilbuien en paniekaanvallen waren hiervan het gevolg.
Met heel veel geduld en af en toe een strenge hand heb ik haar zover gekregen dat ze in zichzelf is gaan geloven. We spraken af dat ze pas bij me mocht komen wanneer ze een vraag had of wanneer ze haar opdracht af had. Dan konden we bespreken hoe ze het had gedaan en kon ze eventueel nog een paar kleine aanpassingen maken. Vaak bleek dat ze het al erg goed gedaan had en dit sterkte haar in haar zelfvertrouwen.


Rigiditeit en het niet flexibel zijn heeft in veel gevallen te maken met zelfvertrouwen en het angstvalling zoeken naar het hebben van controle over bepaalde zaken. Wanneer je kinderen kunt helpen bij het versterken van hun zelfvertrouwen, hebben ze minder behoefte aan controle en zullen ze flexibeler zijn in hun doen en laten.

Materiaal om mee te oefenen
Een oefening vanuit Route 11 is het bestuderen en later ook zelf maken van optische illusies. Het is fantastisch om samen met de kinderen te kijken naar verschillende optische illusies, samen te bespreken wat iedereen in bepaalde plaatjes of foto’s al dan niet ziet. Om samen te ontdekken hoe het eigenlijk zit en dan te bespreken wat het plaatje ons wil doen geloven.
Het moment waarop de leerlingen ontdekken dat ze zo flexibel zijn dat ze in staat zijn om een plaatje vanuit twee verschillende visies te bekijken en ze er dan attent op maken dat ze in staat blijken te zijn om in hun brein een knop om te zetten.


Vervolgens krijgen ze de opdracht om zelf een optische illusie te maken. Dit mogen ze doen met een tekening of met het maken van een foto. Daar komen de mooiste producten uit!
Wanneer je samen alle foto’s gaat bekijken, zijn alle kinderen in staat te zien wat er eigenlijk gebeurt op de foto en wat de fotograaf/kunstenaar je graag wil doen laten geloven. 



Wanneer je na dit alles nogmaals teruggaat naar die knop die ze allemaal in staat blijken om te zetten, dit gegeven vervolgens koppelt aan de term flexibiliteit…dan valt ineens bij heel veel kinderen het spreekwoordelijke kwartje. Flexibiliteit is een plaatje, een situatie of een plan van aanpak vanuit een andere hoek nogmaals bestuderen en zien dat er meerdere wegen naar Rome leiden.

Ook het aanbieden van lessen met duidelijke kaders, maar met veel creatieve vrijheid kan helpen bij het vergroten van flexibiliteit. Vooral het regelmatig laten schrijven van een plan van aanpak bij een opdracht en dit gedurende de opdracht te laten evalueren en aanpassen waar nodig, help kinderen flexibel na te denken over hun eigen plannen. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Executieve functies - Route 1: Reactie-inhibitie

Route 1: Reactie  inhibitie  “Je rempedaal - Op tijd remmen is in het verkeer heel belangrijk. Zo sta je op tijd stil en voorkom je ongelukken. Wanneer je deelneemt aan het verkeer, zal je goed moeten weten wanneer je wordt geacht op de rem te trappen.” (van Dasler, 2017) Veel HB kinderen hebben een hoofd vol ideeën en slaan als een malle aan het associëren wanneer er iets gezegd wordt of wanneer ze iets zien. De focus op hun werk houden is dan lastig, jezelf inhouden om meteen eruit te floepen wat je vindt en voelt is soms zelf onmogelijk! Dat idee vliegt als vanzelf je hoofd uit, het antwoord is al door de klas gevlogen nog voor de anderen de kans kregen hun vinger op te steken en die vraag op het puntje van je tong val er zomaar vanaf, ook al heeft de juf gezegd dat je eerst goed moet luisteren. Het vergt van een kind dat het snel leert reageren, maar wel eerst keurt of het echt het juiste moment is om te reageren. In sneltreinvaart worden STOP, DENK, KIES, DOE en K...

Executieve functies – Route 11: Inleiding

Waar we in het (HB) onderwijs steeds meer achter komen, is het belang van goed ontwikkelde executieve functies; de vaardigheden die je nodig hebt om tot leren te komen. Hier werd in het verleden vaak te weinig aandacht aan besteed en dat leidde bij veel leerlingen tot problemen, niet alleen op school maar ook in hun dagelijks leven.   Bij ons op de afdeling voor voltijds HB onderwijs maken we inmiddels gebruik van de methode Route 11, ontwikkeld door Hanneke van Dasler, in samenwerking met Evelijn Pereira. In deze methode worden de verschillende executieve functies systematisch aangeboden, waardoor kinderen hun gedrag zelf leren te reguleren. Ze krijgen meer inzicht in hun eigen kunnen en hun eigen aandeel in het hebben van succeservaringen. Uit de inleiding van de Route 11 wegwijzer voor leerkrachten: “Kinderen ervaren daardoor meer autonomie, een hoger competentiegevoel en meer zelfcontrole over hun leerproces en –product, wat een voorwaarde is om tot talentontwikkeling te...

Executieve functies – Route 4: Volgehouden aandacht

Route 4: Volgehouden aandacht “Jouw gaspedaal – Om goed vooruit te komen, is het van belang dat je op het juiste moment gas geeft en op het juiste moment het gas kan loslaten. Dit betekent dat je altijd goed geconcentreerd moet zijn en dat valt nog niet mee!” (van Dasler, 2017) Volgehouden aandacht is het vermogen om ondanks afleiding, vermoeidheid of verveling je te kunnen blijven richten op een taak. Hoe gemakkelijk is het om even af te dwalen, even voor je uit te staren en je mee te laten varen op die oneindige stroom aan gedachten naar mooie oorden, vette games en andere fijne plekken in de geest. In de methode Route 11 wordt de hoeveelheid aandacht die je hebt vergeleken met een benzinetank. In onze “tank” zit voor maar ongeveer 45 minuten brandstof. Om je klas dus bij de les te houden, is het verstandig elke drie kwartier even een oefening te doen met de klas, ze een frisse neus te laten halen of een andere korte activiteit in te zetten. Op bepaalde Finse scholen gaan ...