zondag 3 maart 2019

Uitdaging 1 – De overtuigingen

Veel mensen die werken met HB-kinderen weten dat hun ontwikkeling op een andere manier verloopt dan dat van een niet HB-kind. Veel dingen in hun ontwikkeling zijn, na goed nadenken over de situatie, vrij snel aangeleerd of uitgevoerd. Ook het leren gaat in de meeste gevallen in het begin als vanzelf. Sommige leerlingen worden in dat stadium aangemoedigd en krijgen de vrijheid om zichzelf op hun eigen tempo te ontwikkelen. Anderen worden afgeremd, want “dat kan een kleuter nog helemaal niet.” 

Beide manieren zorgen bij deze kinderen voor overtuigingen. In het eerste geval leidt het vaak tot vele succeservaringen, waardoor ze denken altijd alles te kunnen. Lukt het een keer niet, dan geven ze snel op. Omdat ze niet weten hoe ze het aan moeten pakken of omdat ze niet weten hoe ze door de frustraties heen moeten gaan.
In het tweede geval kan het leiden tot kinderen die niet langer gemotiveerd zijn om te leren. Je krijgt onderpresterende kinderen, vaak met het gevoel dat ze er niet toe doen of faalangst. Dit kan in veel gevallen gepaard gaan met gedragsproblemen.

In beide gevallen had hier wat mij betreft een leerkracht in moeten grijpen. Mijn taak als leerkracht is het kind zien en samen onderzoeken wat het nodig heeft om tot ontwikkeling te komen. Wanneer de basisvaardigheden gauw aangeleerd zijn, geeft dat ruimte voor verdieping en verbreding. Een manier van toepassen van dezelfde stof, waarbij je je brein op een andere manier moet inzetten. Leren om buiten je comfort zone te stappen, frustraties aangaan, creatieve denkvaardigheden ontwikkelen en noem maar op.
Het zou zeer wenselijk zijn als dit in de kleuterklas al op die manier gedaan wordt met leerlingen. 

Ervaring uit de praktijk
Ruim drie jaar geleden kwam er een leerling bij ons op de afdeling die aan alle kanten onzekerheid uitstraalde. Wist met zichzelf geen houding en ging daardoor in de clowns-modus. Hij was totaal verloren en in de klas kwam hij niet tot werken. 
Toen hij bij mij in de klas kwam, ben ik met hem in gesprek gegaan. Ik heb hem de vraag gesteld waarom hij bij ons op de afdeling zat. Hij had geen idee. “Ze zeggen dat ik hoogbegaafd ben, maar volgens mij klopt dat niet. Dan ben je toch heel slim en kun je goed leren? Nou, dat kan ik helemaal niet.”
Daarnaast was hij ook totaal niet gemotiveerd en toen hem gevraagd werd of hij in zijn hangmat zat, zei hij dat hij daar niet eens in lag, maar er ergens onder.

Hoezo zelfvertrouwen 0%?

Oké, aan de bak dus!
Het eerste dat ik hem vertelde was dat hij niet op deze afdeling had gezeten als hij geen hoogbegaafd brein zou hebben gehad. Misschien was dit voor hem lastig te begrijpen, maar ik sprak de hoop uit dat hij mij daarin uiteindelijk zou geloven.
Ik vertelde hem wat ik van hem verwachtte en dat we samen een plan zouden maken. Hij kon het nog steeds niet echt geloven, maar hij leek al iets rechterop te lopen toen hij terug naar zijn plaats ging.

We hebben samen onwijs hard gewerkt, vele uren samen geïnvesteerd in zijn brein en zijn ZIJN. 
In het begin heb ik hem af en toe nog geholpen wanneer hij een toets moest maken. Hem eraan herinnerd welke informatie hij nodig had, welke strategieën hij toe moest passen, hem enorm aangemoedigd wanneer hij op de goede weg zat… En zijn resultaten gingen langzaam, heel langzaam, steeds een beetje meer vooruit.

Van elke minuscule vooruitgang maakte we een BIG DEAL! We vierden feest als hij dat ene woord goed had geschreven, deden een rondedansje wanneer hij op eigen kracht een som had weten uit te rekenen, we vroegen applaus aan de klas wanneer hij weer wat sneller was geworden met het lezen van die ene tekst. En zijn koppie begon meer en meer te stralen.

Mijn clowntje heeft lang gedacht dat hij niets waard was. Hij was een ware martelaar: successen kwamen door een ander en het falen schreef hij volledig zichzelf toe.
Hij was een “lastige” leerling met veel gedragsproblemen. Maar ik heb zijn vertrouwen weten te winnen door mijn vertrouwen in hem uit te blijven spreken en zijn successen met hem te vieren.
Ook ben ik altijd eerlijk geweest. Hij heeft in een zeer cruciale periode in zijn leven niemand naast zich gehad op school die in hem geloofde. Daardoor is lezen en spellen voor hem erg lastig. En dat zal het waarschijnlijk altijd blijven. Door hem dit ook eerlijk te vertellen, zijn de momenten waarop het moeizaam gaat of wanneer het een keer niet lukt voor hem beter te begrijpen en beter te verwerken. 

Zijn motivatie is terug, hij gelooft in zichzelf en dat maakt hem (en mij!) enorm gelukkig (en trots!).
Af en toe heeft hij nog wel eens een terugval. Na een fikse black-out tijdens een toets was hij huilend thuisgekomen en had gezegd dat hij te dom was om te kunnen begrijpen. Ik kreeg een e-mail van moeder hierover en besloot meteen te bellen. Ik vertelde haar dat hij de dag erna een herkansing zou krijgen en dat ik samen met hem rustig de tijd zou nemen. De volgende dag was hij vroeg in de klas, we zijn samen aan het werk gegaan, hij overwon zichzelf en wist weer wat hij in zijn mars had.

Met vallen en opstaan! Maar WIJ, leerkrachten, zijn voor een heel groot gedeelte verantwoordelijk voor de overtuigingen die HB leerlingen hebben. Het is onze verantwoordelijkheid ze hierin te begeleiden en ze te vertellen hoe het zit.



Oefenen en voorbeelden geven
Wijs kinderen regelmatig op wat ze al wel kunnen. Vraag ze hoe ze dat hebben bereikt. Konden ze al meteen zwemmen toen ze voor het eerst in het water doken? Of hebben ze lang moeten oefenen? 
Vertel over bekende sporters, hoeveel uren die trainen om zo goed te zijn en blijven. Vertel dat dit een combinatie is van talent en inzet en het toepassen van de juiste strategieën.

Veel van de negatieve zelfovertuigingen hebben te maken met het ontbreken van executieve functies en het op de juiste wijze toe kunnen passen van leerstrategieën.
Ook een fixed mindset zit deze leerlingen in de weg. 
Zoek gericht naar oefeningen om je leerlingen hierbij te helpen. Route 11 kan helpen bij de ontwikkeling van executieve functies en Platform Mindset  is in het leven geroepen om kinderen te helpen bij het laten groeien van hun talent. 

Tijl Koenderink schrijft in zijn boek De 7 uitdagingen in het onderwijs aan hoogbegaafde kinderen een formule waarmee je duidelijk uit kunt leggen aan je leerlingen dat je je resultaten zelf kunt beïnvloeden door je inzet en het aanleren en toepassen van de juiste strategieën. 

Talent X Inzet X Strategie = Resultaat

“Met talent word je geboren, je kunt je leren inzetten en daarna jezelf doeltreffende strategieën aanleren. Met deze drietrapsraket heb je als hoogbegaafde een succesformule in handen.” (Koenderink, 2012)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten