Doorgaan naar hoofdcontent

Uitdaging 2 – De uitdaging van het geheugen – Deel 1

Wie met HB-kinderen werkt, weet dat het automatiseren vaak een onderontwikkelde vaardigheid is. Waarom? Omdat in veel gevallen deze kinderen maar weinig moeite hebben hoeven doen om iets te leren en ze voornamelijk willen begrijpen waarom iets aangeleerd moet worden of hoe iets werkt. Ze kiezen vaak voor de weg van de minste weerstand.
Je komt dan al snel tot mooie resultaten. Althans….zolang je kennis en vaardigheden toereikend zijn. Wordt het allemaal moeilijker en kom je met begrip alleen niet meer weg, dan moet je je geheugen leren gebruiken. De executieve functies werkgeheugen (Blog HIER ) en metacognitie (blog volgt nog) worden daarbij aangesproken.

Het natuurlijke leerproces gaat deze kinderen zeer gemakkelijk af. Het technische leren is een heel ander verhaal. Hierbij hebben ze vaak andere vaardigheden nodig, een andere benadering en vooral ook de uitleg waarom het toch belangrijk is om het op die manier te leren. Deze kinderen moeten leren om te leren, want dat hebben ze nooit geleerd. 

Leren Leren
Mijn leren-leren lessen zijn altijd coöperatief en aangepast op de leerlingen, zelfs gedifferentieerd binnen de groep. Niet elke leerling werkt voor elk vak op hetzelfde niveau.
Ik maak vaak gebruik van Graphic Organizers om mijn lessen vorm te geven, maar laat ook veel uit de kinderen zelf komen. 

Een veel gestelde vraag van mijn leerlingen is waarom je topografie moet leren. Hierover schreef ik een blog.

Topografie is er ook zo één: "Waarom moeten we dat nou leren, juf? We hebben toch GPS?"
Ja, dat klopt...hoe ga je dat dan uitleggen?
Zelf vertel ik altijd dat het belangrijk is dat je kennis hebt van de wereld om je heen, dat je enigszins op de hoogte bent waar bepaalde plaatsen, landen en gebieden liggen, dat je weet hoe een landkaart eruit ziet, hoe een legenda werkt en -ook niet onbelangrijk- dat je leert stampen...iets waar je helaas ook tegenwoordig op het VO nog mee in aanraking komt.
De opdracht voor het oefenen van topografie was er één die beter uitpakte dan ik had verwacht.
Elk tweetal kreeg een kaart van een provincie uit Nederland of een land uit Europa. Eerst moesten ze kijken of ze er een bepaald figuur in konden herkennen. Dit werd dan getekend op een A3 papier. Op de foto zie je bijvoorbeeld dat Nederland getekend is als een haai (links, tweede van onderen) en België als een dino in het bos (midden onder).
Daarna moesten ze zoveel mogelijk feitjes en weetjes over het land of de provincie verzamelen en deze om de tekening heen schrijven. De belangrijkste plaatsen moesten worden aangegeven in de tekening, het liefst ook met een feitje of weetje erbij.

Voor de volledige blok klik HIER 

De noodzaak duidelijk maken
Voor veel HB-kinderen is “Saai” een toverwoord. Hiermee zetten ze alles en iedereen om zich heen aan het werk. Want een kind moet vooral niets doen wat saai is!

Het tegendeel is juist waar. Veel HB-Kinderen zullen er in hun hele leven tegenaan blijven lopen dat ze meer weten, anders denken en sneller verbanden kunnen leggen dan de mensen waar ze mee samen moeten werken. Veel van de dingen die ze moeten doen zullen ze ervaren als saai. Dat is frustrerend en demotiverend! Maar wanneer ze telkens opgeven wanneer iets saai is, zullen ze nooit succesvol worden.
Dus is het aan ons om onze leerlingen weerbaar te maken, ze door het “saaie” heen te loodsen, ze hard te laten werken aan hun doorzettingsvermogen en hun frustratietolerantie op te schroeven.
Aan ons de taak om uit te leggen wat de reden van al deze saaie dingen is, waarom het toch belangrijk is om dit te leren of te onthouden. En dan samen op zoek te gaan naar de juiste manier voor deze kinderen om het te kunnen onthouden.

Tafels oefenen is voor HB leerlingen niet vanzelfsprekend. Het automatiseren zit deze doelgroep vaak in de weg en om die reden beklijven de tafels niet of niet goed genoeg.
De opdracht voor leren-leren met het onderwerp tafels was het zelf bedenken van een spel om de tafels mee te oefenen.
Wanneer de leerlingen op deze manier aan het werk gaan, merk je dat de vrijheid die ze krijgen, het samenwerken en het eindproduct er samen voor zorgen dat ze met veel meer plezier beginnen aan het oefenen van (in dit geval) de tafels.
De mooiste spellen werden bedacht; memory, bingo, een soort tafelvoetbal, vier op een rij en ga zo maar door.

Wanneer je deze kinderen de vrijheid geeft om de dingen die nou eenmaal moeten op een leuke, zelfgekozen manier aan te leren, zullen deze kinderen uiteindelijk intrinsiek gemotiveerd worden.

En dan komt het allerbelangrijkste…belonen op het proces!!!
Vertel ze dat je ziet dat ze hard werken, dat ze zo fantastisch doorzetten, dat ze dwars door de frustratie heen gaan, dat ze onwijs creatief zijn in hun aanpak en het zoeken naar een oplossing. Creëer op die manier succeservaringen.
Vier feest als je weer een mijlpaal bereikt hebt.

Feedback
Tijl Koederink beschrijft in zijn boek De 7 uitdagingen in het onderwijs aan hoogbegaafde kinderen dat het belangrijk is om te zien dat er sprake is van een cyclus. Hij beschrijft het volgende:

“De succeservaring stimuleert tot een betere prestatie bij de volgende opdracht, terwijl ook het op maat gesneden aanbod en een juiste feedback kunnen bijdragen aan een positieve spiraal.”  (Koenderink, 2012)

In het boek Didactisch Coachen van Lia Voerman en Frans Faber wordt uitgelegd dat een leerkracht die hoge verwachtingen heeft van en ook uitspreekt naar zijn leerlingen, deze leerlingen positief beïnvloedt en op die manier het leren van deze leerlingen bevorderen. 

Koenderink stelt dat het belangrijk is dat je feedback geeft op inzet en de gevolgde strategie. Immers:

  Talent X Inzet X Strategie = Resultaat

Benadruk dus vooral niet hoe slim het kind is, want dat heeft het al vele malen gehoord. Geef complimenten en vooral feedback op inzet (doorzettingsvermogen, werkhouding, motivatie) en de gekozen strategie om tot een uiteindelijk resultaat te komen.

De 5 geheugenprincipes
In mijn volgende blog Uitdaging 2 – De uitdaging van het geheugen – Deel 2 zal ik uitgebreid ingaan op de verschillende geheugenprincipes. Hierbij zal ik voorbeelden uit de praktijk benoemen.

Als voorproefje vast de infographic die hierbij hoort, gemaakt door mijn collega Luke van Akkeren.

Neem vooral ook een kijkje op onze website www.hbkompas.com


Reacties

Populaire posts van deze blog

Executieve functies - Route 1: Reactie-inhibitie

Route 1: Reactie  inhibitie  “Je rempedaal - Op tijd remmen is in het verkeer heel belangrijk. Zo sta je op tijd stil en voorkom je ongelukken. Wanneer je deelneemt aan het verkeer, zal je goed moeten weten wanneer je wordt geacht op de rem te trappen.” (van Dasler, 2017) Veel HB kinderen hebben een hoofd vol ideeën en slaan als een malle aan het associëren wanneer er iets gezegd wordt of wanneer ze iets zien. De focus op hun werk houden is dan lastig, jezelf inhouden om meteen eruit te floepen wat je vindt en voelt is soms zelf onmogelijk! Dat idee vliegt als vanzelf je hoofd uit, het antwoord is al door de klas gevlogen nog voor de anderen de kans kregen hun vinger op te steken en die vraag op het puntje van je tong val er zomaar vanaf, ook al heeft de juf gezegd dat je eerst goed moet luisteren. Het vergt van een kind dat het snel leert reageren, maar wel eerst keurt of het echt het juiste moment is om te reageren. In sneltreinvaart worden STOP, DENK, KIES, DOE en K...

Executieve functies – Route 11: Inleiding

Waar we in het (HB) onderwijs steeds meer achter komen, is het belang van goed ontwikkelde executieve functies; de vaardigheden die je nodig hebt om tot leren te komen. Hier werd in het verleden vaak te weinig aandacht aan besteed en dat leidde bij veel leerlingen tot problemen, niet alleen op school maar ook in hun dagelijks leven.   Bij ons op de afdeling voor voltijds HB onderwijs maken we inmiddels gebruik van de methode Route 11, ontwikkeld door Hanneke van Dasler, in samenwerking met Evelijn Pereira. In deze methode worden de verschillende executieve functies systematisch aangeboden, waardoor kinderen hun gedrag zelf leren te reguleren. Ze krijgen meer inzicht in hun eigen kunnen en hun eigen aandeel in het hebben van succeservaringen. Uit de inleiding van de Route 11 wegwijzer voor leerkrachten: “Kinderen ervaren daardoor meer autonomie, een hoger competentiegevoel en meer zelfcontrole over hun leerproces en –product, wat een voorwaarde is om tot talentontwikkeling te...

Executieve functies – Route 4: Volgehouden aandacht

Route 4: Volgehouden aandacht “Jouw gaspedaal – Om goed vooruit te komen, is het van belang dat je op het juiste moment gas geeft en op het juiste moment het gas kan loslaten. Dit betekent dat je altijd goed geconcentreerd moet zijn en dat valt nog niet mee!” (van Dasler, 2017) Volgehouden aandacht is het vermogen om ondanks afleiding, vermoeidheid of verveling je te kunnen blijven richten op een taak. Hoe gemakkelijk is het om even af te dwalen, even voor je uit te staren en je mee te laten varen op die oneindige stroom aan gedachten naar mooie oorden, vette games en andere fijne plekken in de geest. In de methode Route 11 wordt de hoeveelheid aandacht die je hebt vergeleken met een benzinetank. In onze “tank” zit voor maar ongeveer 45 minuten brandstof. Om je klas dus bij de les te houden, is het verstandig elke drie kwartier even een oefening te doen met de klas, ze een frisse neus te laten halen of een andere korte activiteit in te zetten. Op bepaalde Finse scholen gaan ...